Hippotherapie is een vorm van therapeutisch paardrijden en wordt ook Equine-assisted therapy (EAT) genoemd. Dit is het therapeutisch en orthopedagogisch werken met het paard als partner, om mee te helpen aan een verbetering van de levenskwaliteit van kinderen met specifieke noden. Er wordt doelgericht gewerkt aan problemen van fysieke, psychische, orthopedagogische of sociale aard. De behandeling maakt deel uit van een breder revaliderend of therapeutisch behandelplan voor de cliënt.
Vanuit de hippotherapie zijn er bestaande doelstellingen die toegepast kunnen worden tijdens de sessies. Deze doelstellingen zijn:
- Door de unieke ritmische bewegingen van het paard kunnen kinderen met een motorische handicap beter ontspannen, ontwikkelen ze hun evenwicht en coördinatie en winnen ze kracht in de rompspieren, waardoor ze zich beter kunnen oprichten en een betere symmetrische houding leren ervaren.
- Psychomotorische vaardigheden zoals perceptie van ruimte en oriëntatie, lichaamsbeeld, fijne motoriek, cognitie en communicatie.
- Het krijgen/vergroten van zelfvertrouwen.
- Bewust worden van persoonlijke ruimte en het bewaken van eigen grenzen.
- Leren omgaan met stress.
- Bevorderen van het emotioneel welbevinden.
Steeds vaker wordt er notie gemaakt van de positieve effecten die dieren hebben op mensen. De laatste jaren wordt er internationaal heel wat wetenschappelijk onderzoek verricht op het gebied van hippotherapie. Men heeft aangetoond dat door de ritmische bewegingen van het paard, het gelukshormoon oxytocine wordt vrijgemaakt. Dit is het natuurlijke “tegengif” van cortisol, het verlaagt het cortisol niveau en verbreedt de focus. Ook wordt BDNF (brain-derived neurotrophic factor) aangemaakt. BDNF bevordert de overleving en groei van verscheidene neuronen in de hersenen; BDNF speelt een rol bij de vorming van nieuwe synapsen. Dit proces is van belang voor leerprocessen en een goed functionerend geheugen. De hippocampus, een hersendeel betrokken bij de vorming van het langetermijngeheugen, is een belangrijke plaats voor de effecten van BDNF. Een voorbeeld van neurodegeneratieve ziekten, waarbij aan getoond is dat de hoeveelheid BDNF is afgenomen, zijn de ziekte van Alzheimer, de ziekte van Parkinson en de ziekte van Huntington.
Bij Equu-Libre is het niet de bedoeling om grote ruiters te ontdekken. De grote winst van de hippotherapie vindt op psychologisch niveau plaats: op het moment dat iemand zichzelf bewijst dat hij iets kan, waarvan hij of zij een uur eerder dacht dat het onmogelijk was, vindt op alle niveaus een krachtige verandering plaats. Alle “onmogelijkheden” worden in twijfel getrokken en de persoon stort zich als vanzelf op de volgende uitdaging – het maakt niet uit op welk vlak van zijn leven. Deze ervaring wordt besproken en doorgetrokken naar het dagelijkse leven, naar de school, of naar gelijk welk niveau van de “blokkage” of de “beperking”.